Terwijl Covid het schoolleven overhoop gooit, is het makkelijk te vergeten dat er ook nog andere zaken gaande zijn in de schoolwereld. Zo is er de verderzetting van de veelbesproken hervormingen in het onderwijs. Het eerste jaar start dit jaar met de tweede lichting sinds deze veranderingen, maar in het tweede jaar is dit alles gloednieuw. Veranderende pakketten en nieuwe vakken teisterden afgelopen zomervakantie wellicht de betrokken leerkrachten van het tweede jaar. Dit artikel is een overzicht voor iedereen die nog altijd geen flauw idee heeft wat er aan de hand is.
Allereerst zijn er de hervormingen van het eerste jaar. De vorige generatie eerstejaars van Sint-Rita had net zoals haar voorgangers de keuze uit moderne (wetenschappen) en Latijn. Ook de richtingspecifieke vakken bleven hetzelfde. Nieuw waren toen echter beeld (een hernoeming van PO) en drama. Respectievelijk kregen deze lessen 2 en 1 uur toegewezen per week. Zij begeleiden de creatieve ontwikkeling van elke leerling. Daarnaast ontstond ook de les informatica. Het doel hiervan is om de leerlingen te leren omgaan met een computer. Ze leren er de vaardigheden die ze in hun later onderwijs nog nodig zullen hebben. Ook worden de eerste stappen in de programmeerwereld gezet. Tijdens de taalvakken Nederlands en Frans wordt tegenwoordig ook 1 uur van de tijd gebruikt om aan co-teaching te doen. Tijdens dit lesuur krijgt een samengestelde groep van 2 klassen les van 3 leerkrachten. Hierbij gaat de aandacht uit naar het uitdagen van gevorderde leerlingen en het helpen en extra begeleiden van de leerlingen die daar nood aan hebben.
Dan nu de echte nieuwigheden. Het tweede jaar maakte de eerste weken kennis met het vak economie. Dit was er vroeger al voor de leerlingen van de moderne wetenschappen (onder de noemer SEI) maar wordt nu gegeven aan alle studierichtingen. Ook besteden de leerkrachten wiskunde en Frans vanaf dit jaar 1 uur van hun tijd aan differentiatie. Sterke leerlingen worden extra uitgedaagd, en leerlingen die moeite hebben met de leerstof worden extra geholpen.
De echte verandering zit echter in de keuzevrijheid van de leerling. Terwijl vroeger gekozen diende te worden tussen moderne en (Grieks-)Latijn, kan elke leerling nu kiezen uit ten minste 3 pakketten. Voor de wetenschappers onder hen is er de keuze STEM-wetenschappen, die het pakket wetenschappen en techniek met 5 uur uitbreidt. Meer economisch ingestelde leerlingen vinden dan weer hun voldoening bij de richting economie die 5 uur extra economie aanbiedt. Het pakket maatschappij bereidt de leerling dan weer optimaal voor op een carrière in de humane wetenschappen van de tweede en derde graad. Voor de Latinisten ten slotte zijn er ook uiteraard de keuzes Latijn (5 uur) en Grieks-Latijn (respectievelijk 2 uur en 4 uur). Er zijn 2 interessante kanttekeningen bij deze laatste. Ten eerste verliest Grieks 1 uur tegenover vroeger. Daarnaast zal de oplettende lezer ook opgemerkt hebben dat de richting Grieks-Latijn in tegenstelling tot de andere pakketten 6 uur specifieke leerstof heeft. Dit gaat ten koste van het uur muzikale opvoeding van de andere keuzes.
Belangrijk om te weten is dat alle keuzepakketten slechts een initiatie zijn voor richtingen uit de tweede graad. Dit betekent dat bijvoorbeeld een leerling die het pakket economie niet heeft gevolgd nog steeds meekan bij de lessen economie uit de tweede graad. Dit geldt voor al deze keuzes behalve voor Latijn en Grieks-Latijn. Zij vormen de (logische) uitzondering op deze regel.
Zo, nu ben je weer helemaal op de hoogte van alle nieuwe snufjes in de Ritaanse onderwijswereld. Maar houd je vast, want vanaf volgend jaar zal ook het derde jaar vernieuwen en het jaar daarop het vierde enzovoorts. Kortom, Reada heeft de volgende jaren nog stof voor artikels.
Geschreven door
[tooltip tip=” “]Bernd Calders[/tooltip]